In de nieuwe klimaatscenario’s die het KNMI eerder deze maand heeft gepubliceerd kunnen we lezen, dat de klimaatverandering in Nederland nog vele decennia zal aanhouden. Het kan erger of minder erg uitpakken, tegengaan gaat allang niet meer.
Ik woon op een steenworp afstand van basisschool De Vink. Tijdens het speelkwartier laten de kinderen graag van zich horen. Dat is altijd weer een prettig achtergrondgeluid. De jeugd heeft de toekomst, denk ik dan. Maar wat voor toekomst hebben ze eigenlijk? Beter gezegd: welke toekomst geven wij aan onze kinderen?
Het KNMI heeft eerder deze maand scenario’s gepubliceerd over de toekomstige ontwikkeling van ons klimaat, en het beeld is niet gunstig. De gemiddelde temperatuur en de hitte nemen toe, de winters worden natter, zomerbuien worden extremer, droogte neemt toe, en de zeespiegel stijgt. Dat dit alles staat te gebeuren, staat voor het KNMI eigenlijk wel vast. Maar in welke mate, dus hoe ernstig de situatie wordt, hangt van een paar factoren af. Het KNMI heeft daarvoor vier scenario’s opgesteld. De belangrijkste factor is de uitstoot van CO2. Als die hoog blijft, krijgen we op alle fronten kans op extreme gevolgen. Als we de uitstoot van CO2 omlaag krijgen, blijven de gevolgen beperkt. Binnen deze twee scenario’s onderscheidt het KNMI weer twee mogelijkheden. Als we een verdrogend klimaat tegemoet gaan, zijn de winters minder nat en de buien in de zomer minder erg; wordt ons klimaat alsmaar natter, dan zal de droogte minder erg worden. In het hoge uitstoot scenario neemt de CO2-uitstoot tot 2080 sterk toe en vlakt daarna af. De mondiale opwarming zal dan ± 4,9 graden zijn ten opzichte van eind negentiende eeuw. Als we de uitstoot van CO2 snel weten te verminderen, in lijn met het Klimaatakkoord van Parijs, blijven de gevolgen beperkt. De mondiale opwarming rond 2100 zal dan ± 1,7 graden zijn.
Wat het meest waarschijnlijke scenario is valt niet te zeggen. Dat hangt vooral af van onze gezamenlijke, wereldwijde inspanningen om de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen. Als we onze kinderen een leefbare toekomst willen bieden, zullen we haast moeten maken.